Is het wordt je of word je?

De correcte vervoeging is je/jij wordt.
Als het onderwerp je/jij achter de persoonsvorm staat, is de correcte vervoeging word je/jij.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op vlaanderen.be

Wat wordt of word je?

Wordt is juist: 'Dit wordt je vast niet kwalijk genomen. ' De twijfel in dit soort zinnen wordt veroorzaakt doordat je achter de persoonsvorm staat. Er bestaat immers een regel die zegt: als je onderwerp is en achter de persoonsvorm staat, wordt er geen t toegevoegd.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op onzetaal.nl

Hoe gebruik je wordt?

'Wordt' is de hij/zij/het-vorm van het werkwoord 'worden'. Dat betekent dat 'wordt' wordt gebruikt wanneer het onderwerp iets anders is dan de ik-vorm. Dit kunnen zelfstandig naamwoorden of namen zijn. Hans wordt door Froukje ingehaald.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op goedverwoord.nl

Is het wordt hij of word hij?

Bij een zin met hij, zij, men, het of een zelfstandig naamwoord is wordt altijd met een t. Hij wordt naar school gebracht. Wordt hij naar school gebracht? Ook bij u is wordt altijd met een t.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op taalhelden.org

Waarom word of wordt?

Wat is juist: ik word of ik wordt, en word ik of wordt ik? Ik word en word ik zijn allebei zonder t. Als je de ik-vorm van een werkwoord vormt in de tegenwoordige tijd, voeg je geen t toe aan de stam. Het maakt niet uit of het onderwerp ik vóór of achter het werkwoord (de persoonsvorm) staat.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op onzetaal.nl

Voorwaartz Grammatica les 7: word of wordt?

25 related questions found

Is Word je met d of dt?

De correcte vervoeging is je/jij wordt.

Als het onderwerp je/jij achter de persoonsvorm staat, is de correcte vervoeging word je/jij. Bij combinaties met je is het niet altijd even duidelijk of je het onderwerp van de zin is. Als u daaraan twijfelt, kunt u je proberen te vervangen door jij of jou(w).

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op vlaanderen.be

Hoe maak ik geen dt fouten?

Bepaal eerst de stam van het werkwoord (dit is het hele werkwoord zonder de uitgang -en), in dit geval dus 'lunch'. Eindigt deze (of strikt genomen: de klank hiervan) op een van de medeklinkers die voorkomen in 't kofschip (t, k, f, s, ch, of p)? Dan schrijf je verleden tijd en voltooid deelwoord met een t.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op boekenbusiness.com

Wat is de regel van dt?

In de tegenwoordige tijd krijgen werkwoorden die je vervoegt in de tweede en derde persoon enkelvoud altijd een t. Ik loop en hij loopt. En als de stam van het werkwoord eindigt op een d, krijg je dt: ik vind, hij vindt. Om een werkwoord te vervoegen, moeten we eerst op zoek naar de stam.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op schooltv.nl

Hoe schrijf je wordt lid?

De correcte vorm is word lid.

Er is een eenvoudig trucje om te achterhalen of u -d of -dt moet schrijven: vergelijk met een werkwoord waarvan de stam niet op een -d eindigt – bijvoorbeeld zingen, brengen of zoeken – en spel het op dezelfde manier.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op vlaanderen.be

Is een bevel met dt?

In het meervoud kwam er vroeger een -t achter de stam van het werkwoord: Komt allen tezamen. Tegenwoordig wordt de gebiedende wijs enkelvoud (zonder -t) ook gebruikt wanneer het bevel aan meerdere personen gericht is: Ga nu maar slapen, kinderen. De vorm met -t is verouderd.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op taaladvies.net

Waarom schrijf je?

Schrijven doe je in de eerste plaats om de lezer te informeren. Denk aan een folder over een nieuwe boormachine. Je bent tevreden als de doelgroep een aantal belangrijke kenmerken kent en beter nog onthoudt. Een ander doel is de lezer te overtuigen.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op taaluilen.nl

Hoe gebruik jij?

Jij is goed als er nadruk op ligt: 'Niet ik, maar jij zou het doen! ' Je is het minder nadrukkelijke alternatief: 'Het lukt wel, maar je mag altijd helpen. ' Je kan ook 'men', 'jou' of 'jouw' betekenen. Je en jij kunnen als onderwerpsvorm meestal door elkaar heen gebruikt worden.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op onzetaal.nl

Wat gebruik jij?

De volle vorm (jij, wij, jullie, zij) gebruik je als de persoon heel belangrijk is in de zin. Je gebruikt de volle vorm alsof je met je hand diegene aanwijst. Als ik deze naar Piet stuur, dan stuurt Piet het terug naar jou. Jij kunt het dan naar mij sturen.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op niow.nl

Is het je wilt of je wil?

Je wilt en je wil zijn allebei correct.

In Nederland wordt je wil informeler gevonden dan je wilt. In België wordt het gebruik van je wil niet als informeler beschouwd. Vergelijkbare werkwoorden zijn kunnen en zullen: je kunt / je kan, je zult / je zal.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op vlaanderen.be

Wie wordt met dt?

Is het de ik-vorm? Dan schrijf je het werkwoord met enkel een –d: ik word, ik vind, ik bloed. Is het de hij-/zij- of het-vorm? Dan schrijf je het werkwoord met –dt: zij wordt, hij vindt, het bloedt.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op goedverwoord.nl

Is het je vindt of je vind?

De correcte vervoeging is je/jij vindt.

Als het onderwerp je/jij achter de persoonsvorm staat, is de correcte vervoeging vind je/jij.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op vlaanderen.be

Hoe vaak wordt je?

Bij de regelmatige werkwoorden is de regel voor de jij-vorm ik-vorm + t: jij loopt – jij werkt – jij wordt – jij vindt. Maar als het werkwoord vóór jij staat, vervalt die t: loop jij – werk jij – word jij – vind jij. Waarom dat zo is, is niet helemaal zeker.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op av-taaltraining.nl

Hoe schrijf je wordt vervolgd?

De correcte spelling is wordt vervolgd.

Wordt vervolgd is een onvolledige zin, die vaak aan het eind van een aflevering van een reeks te vinden is.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op vlaanderen.be

Hoe weet je of je d of dt moet schrijven?

Er is ook een trucje om te achterhalen of u aan het eind van het voltooid deelwoord -t of -d moet schrijven. U kunt daarvoor vergelijken met de verledentijdsvorm. Als die op -de(n) eindigt, krijgt ook het voltooid deelwoord een -d. Als de verledentijdsvorm op -te(n) eindigt, krijgt ook het voltooid deelwoord een -t.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op vlaanderen.be

Hoe weet je of een werkwoord eindigt op d of t?

Wanneer de laatste letter van de stam van het werkwoord niet voorkomt in “'t ex-kofschip”, zoals bij het werkwoord zagen (stam is zag-, g zit niet in 't exkofschip), dan eindigt het voltooid deelwoord op een –d: gezaagd.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op scribbr.nl

Wat betekent het t kofschip?

De medeklinkers uit 't kofschip, dus de t, k, f, s, ch en p, helpen je te bepalen of een zwak werkwoord de uitgang -te of -de krijgt in de verleden tijd. De uitgang -te wordt toegevoegd aan werkwoorden waarvan de stam (= het hele werkwoord zonder de uitgang -en) eindigt op een van die medeklinkers uit 't kofschip.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op onzetaal.nl

Is het hij vind of hij vindt?

Wanneer eindigt een werkwoord op d, t of dt? – In de tegenwoordige tijd krijgen werkwoorden die je vervoegt in de tweede en derde persoon enkelvoud altijd een t. Ik loop en hij loopt. En als de stam van het werkwoord eindigt op een d, krijg je dt: ik vind, hij vindt.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op apuntateuna.es

Is het je had of je hadt?

Altijd een t. Bij ge of gij komt er altijd een t achter het werkwoord, ook als dat een werkwoord is dat onregelmatig wordt vervoegd, zoals had. Gij hadt de uitnodiging meegenomen?

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op taalhelden.org

Is brand met dt?

Tegenwoordige tijd: Ik brand (stam) Hij brandt (stam + t) Wij branden (hele werkwoord) Verleden tijd: Ik brandde (stam + de, het is niet 'ik brande' omdat de stam 'brand' is en niet 'bran') Hij brandde (stam + de) Wij brandden (stam + den) Voltooid deelwoord: Het vuur heeft gebrand.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op schrijvenonline.org